Robert Schlötjes            contact of vragen?
                                   Start Glasinlood en Tiffany Bédoin/ Provence Schlötjes Familie

Start
Omhoog

Robert Schlötjes (1951- ) uit Nieuw Zeeland

Herinneringen, feiten en data

Onderstaand een samenvatting van de dingen die Robert en Paul mij via brieven en (vooral) e-mail hebben verteld over hun Nieuw-Zeelandse-tak van de familie.

In de vroege jaren 50 emigreerde de familie van Jan Jacobus vanuit Heemstede naar Nieuw Zeeland. Robert was al geboren. Ze woonden eerst in Christchurch (South Island) en verhuisden na 4 jaar naar Palmerston North (North Island). Robert is nu Stadsontwikkelaar/ ruimtelijke ordening in het Rotorua District (North Island).
Zijn tante Nel was een zuster van zijn vader en leefde in Heemstede. Ze was heel aardig. Haar man, Oom Thon, leeft nog (Meerweg, Heemstede).

Robert vertelde me ook over Tante Rietje, die met Martijn nu in Meppel woont, en ook graag bereid zou zijn om het een en ander over de familie te vertellen. Jan kreeg in Nieuw Zeeland nog 3 kinderen. Vader overleed in 1988, moeder leeft nog, in Palmerston.

 

Robert hoorde over de vader van grootvader Frans een verhaal over een Duitse soldaat die een relatie met een Nederlands meisje had gehad, waarna hij overleed, een zoon/wees achterlatend (?). Mijn vader vertelde dat de naam Schlötjes een vorm van Schlösser (Duits) is dat werd vernederlandst. Ik ben zelfs de naam Schlotjez in 1975 in Oostenrijk tegengekomen (Schlotjez als straatnaam, tussen Salzburg en Graz).

Zijn woonadres is nu:
24 Sanctuary Avenue, Ohope, New Zealand, tel. 07 3453207, e-mail: ark3@xtra.co.nz
Robert is getrouwd met Kathryn en heeft een dochter van 15 jaar oud. Zij vrouw is lerares aan de basisschool. Ze hebben een zomerhuis aan Ohope Beach, ongeveer 1 uur rijden van Rotorua. Rotorua is een toeristisch gebied met geothermische gebieden en veel Maori-cultuur. Robert speelt goed piano, hij is klassiek geschoold, en speelt regelmatig in de Presbyterian Church van Rotorua. Hij schreef het “stadslied” van Rotorua. Verder werkt hij veel in zijn tuinen van Ohope en Rotorua.

Zijn broer Paul is een paardenhandelaar en tevens heeft hij een ingenieursbureau in Auckland. Op het land fokken ze “Murray Grey beef cattle”. Paul heeft 2 kinderen uit een eer-der huwelijk, en nu 3 kinderen in zijn nieuwe relatie. Zijn e-mail adres is: kelly@watchdog.net.nz

Robert schreef in mei/juni 2005 een eigen aanvulling op de familiefeiten:

In ons boek vertel je een heleboel over jouw familie en die van de Oom Chris en zijn kinderen. Hier is wat ik weet van onze tak van de 'wereldbekende' Schlötjes familie:
Tante Rie is kort nadat ze trouwde met Maarten naar Emmeloord verhuisd. Ze hadden een boekhandel en ik geloof dat ze daar boven woonden. Net voor ik in Nederland kwam in 1975, waren ze verhuisd naar Ruinen naar een boerderij. Maarten (Martijn /Tijn) is lang erg fit geweest. Hij fietste nog en ging tennissen toen hij al boven de 85 was. Hij en Rietje hebben ook veel werk gedaan voor Amnesty International. Ze waren lid van, zoals ik begrepen heb, een soort vluchtelingenvereniging en deden jaren lang veel werk voor vluchtelingen in het oosten van Nederland. Ze zijn naar Meppel gegaan zo’n 14 jaar geleden. Als ik het goed heb begrepen, woonden ze eerst in een deel van de bejaar-denhuis waar men voor zichzelf kan zorgen. Pas sinds kort wonen ze in 'full care'. Toen ik bij hen in Ruinen was kan ik me herinneren dat een hele wand van de voorwoonkamer, ongeveer 3 meter lang met een hoogte van 1.7m, vol met boeken stond. In de voorwoon-kamer was een bedstede die werd gebruikt als de familie op visite kwam. Tante Rie kweekte er groente in wat wij hier noemen een vegetable garden. Zij noemde het een moestuin. De buren hadden koeien. In 1975 heb ik Sinterklaas gevierd in Ruinen met de d’Aillys. Verder heb ik van mijn moeder een paar weken geleden gehoord dat Rogier, de jongste van de d’Ailly kinderen, een boekhandel in Delft heeft – dus the third generation of book shop owners.

Tante Rie heeft in Indonesië gewoond van 1950-1952. Daar was ze een midwife. Ik weet niet waar hun kinderen geboren zijn. Misschien heeft ze foto’s van die boekhandel en foto’s van de familie die dan ook in het boek kunnen worden opgenomen.

Tante Nel was de enige van de kinderen van grootvader Frans die naar de universiteit ging. Zij heeft een doctoraal maar ik weet niet in wat. Toen ik in Nederland was werkte ze als kinderpsychologe in een kindertehuis. Ik geloof dat dat in Bloemendaal was. Oom Thon werkte in de bouwvak. Oom Thon heeft als kind in Indonesië gewoond. Op Sumatra. Zijn vader had (of werkte in) een apotheekgroothandel in Madang. Hij werd terug naar Nederland gestuurd voor de High School.
Tante Nel sprak vaak over het feit dat haar broer en haar zuster waren geëmigreerd - de ene naar Nieuwe Zeeland en de andere naar de Noordoost Polder. Van haar heb ik het Nederlandse woord voor parsley geleerd - peterselie.

Tante Nelly is twee keer in Nieuw Zeeland geweest. De eerste keer was in 1983 een paar maanden na dat Oom Thon’s moeder overleed. Nelly heeft een tamelijk lange periode voor haar schoonmoeder gezorgd, gedurende haar ziekte (kanker), inclusief haar verpleging gedurende de laatste dagen voor ze overleed. Nelly heeft me daarover verteld en ik heb begrepen dat Nelly door deze verzorging zowel fysiek als emotioneel aan het eind van haar Latijn was. Vanwege die uitputting, moedigde oom Thon haar aan om in Nieuw Zee-land haar broer en de familie te bezoeken, om er even tussen uit te breken, afstand te nemen en op krachten te komen.

In 1991 bezochten zowel Nel als Thon Nieuw Zeeland. De kinderen betaalden voor hen de reis met een bezoek aan Indonesië. Ik denk dat ze naar Madang gingen waar Oom Thon’s vader een apotheekgroothandel had. Vandaar uit vlogen ze naar Nieuw Zeeland en bleven hier een maand. Ik heb ze heel veel kunnen laten zien rond Rotorua, waaronder, de Blue and Green lakes, Lakes Okareka en Tarawera, geothermal parks – craters of the moon and Waimangu, de Huka Falls, geothermal power station (Waiaraki), Ohope Beach, Mount Maunganui, Taupo en verschillende dingen in Rotorua zoals een Maoriconcert en een “hangi”. A hangi is een typisch Maori/Pacific Islander manier van koken in een aarden oven, wat veel voorbereiding eist. In Rotorua gebruikt men het geothermale water en stoom voor het koken. Het vlees en groenten bijvoorbeeld aardappelen, pompoenen en kumera (sweet potatoes) gaan samen in dezelfde aarden oven. In de hotels krijg je verschillende slaatjes met een hangi maaltijd en ook een concert van Maori muziek and dansen enz.

In 1983 zijn Tantje Rietje en Oom Martijn hier ook op bezoek geweest. Ze bezochten hun dochter Marianne die in Sydney woonde met haar toenmalige partner Guy. In dat jaar bezochten Marianne en Guy ook Nieuw Zeeland. Tante Rietje heeft van Sydney en de omgeving zeer genoten. Ze sprak over Paddington (an old suburb with Terrace Houses) en de Blue Mountains. Rietje en Martijn hebben veel van Sydney gezien in de tijd dat ze daar bleven.

In 1983 woonde Ingrid in Christchurch en zowel Nelly als Rietje en Martijn kwamen daar naar toe. Ze gingen ook naar Palmerston North en Rotorua. Tante Rietje en Oom Martijn kampeerden ook in Ohope, en bezochten het verlovingsfeest van René en Esmé in Havelock North bij Hastings.

In 1983 woonde ik in mijn eerste huis en had dans-vrienden die “fruit wine” maakten, waar ik veel van hield. Tante Nel genoot van de wijn maar kwam er snel achter dat die een groter effect had dan verwacht. Toen mijn moeder en vader hier aankwamen, is mijn va-der op een koeien boerderij gaan werken in Halswell, vlakbij Christchurch. Daarna zijn ze verhuisd naar Kaiapoi. Ik weet niet wat mijn vader daar deed. Ik moet het moeder nog een keer vragen over de eerste jaren, want ik weet het niet meer helemaal. Mijn vader heeft toen wij naar Palmerston North verhuisden (vanuit Christchurch) een tijdje in een woollen mill (wolfabriek) gewerkt. Daarna administratief werk bij de spoorwegen.

De laatste 20 jaren heeft hij bij de Manawatu-Oroua Electric Power Board gewerkt - eerst als kassier en daarna als betaalmeester. Mijn vader had veel vrienden, de meeste waren van de Nederlandse gemeenschap, en ook mensen die hij had ontmoet door diverse kerkelijke activiteiten. Hij was in zijn jeugd heel sportief, hield van voetbal en was supporter van Ajax (natuurlijk). The love of my father's life was my mother. He also loved his children and encouraged them to do well in all their endeavours. He was also a man of Faith and loved God. Ik kan me niet herinneren dat hij ooit sprak over Diederich zijn grootvader. Hij sprak over Oom Dick en Chris (Jaaps Oom). Hij sprak veel over zijn zusters en Oma, zijn moeder. Van wat hij vertelde leek het mij dat Frans niet al te blij was toen ze naar Nieuw Zeeland emigreerden. Een reden was dat ik (in die tijd) zijn enigste kleinkind was. Vader was trots op zijn familie - in Nieuwe Zeeland en in Nederland. Toen hij gepensioneerd was had hij veel belangstelling in de familie geschiedenis en de stamboom. Hij had geen moge-lijkheden om verder terug te gaan dan zijn grootvader. Hij was er van overtuigd dat de oorzaak was dat zijn grootvader een wees was. Ik heb je al dat verteld. What I found amazing when I saw his work was that he had all the names that we have from Diederich (but not our generations children and grandchildren (which I do not have).

Mijn vader was ook een erg handige man. Hij had niet veel gereedschappen maar hij kon er veel dingen mee repareren. Hij heeft ook verschillende dingen gemaakt rond het huis om problemen op te lossen. Hij heeft het huis (147 Rugby Street Palmerston North) binnen en buiten geschilderd. Hij heeft ook behangpapier op de muren geplakt.
Mijn vader heeft in Rugby Street een grote groententuin gehad. Hij kweekte bonen (tuin, snij, groen en geel) sla, aardbeien, tomaten, silverbeet, peterselie, kool, bloemkool, spuiten, wortelen. Wij aten groenten van de tuin gedurende bijna 9 maanden van het jaar. Wij hadden fruitbomen – appelen, citroenen, grapefruit. Er waren ook struiken – rood en zwarte besjes en frambosen. Altijd in december moest er ‘jam’ gemaakt worden van de zwarte besjes en frambozen.

 

 

Vader is nadat hij gepensioneerd werd een paar maal met moeder naar Nederland gegaan. Zij hebben reizen door Frankrijk gemaakt en hij sprak vaak over hun tijd in het Zuiden van Frankrijk, vooral over St. Marie de la Mer (aan de Middellandse Zee). Regensburg in Bavaria/ Beieren, Duitsland was ook een plaats de ze mooi vonden, en waar ze over spraken. Tekstvak: Ans en Jan in de zitkuil in Ansen bij Rietje en Maarten

Tekstvak: Jan, Robert en Annie, 1951 / achterkant: nieuwjaarskaart

Moeder had heel zwaar heimwee in het begin en nu ook. Volgen mij wil ze weer in Nederland gaan wonen maar dat kan natuurlijk niet omdat wij allemaal hier zijn. Ze is nadat vader gepensioneerd was in 1982 verschillenden keren naar Nederland gegaan - samen met vader en ook alleen na 1988.

Moeder heeft niet buiten het huis gewerkt behalve voor een korte periode in 1966 toen mijn vader alleen in Nederland was. Ik hoorde toen ik ouder was dat mijn vader naar Nederland is teruggegaan om te zien of het mogelijk voor ons was om terug te keren. Hij is tot de conclusie gekomen dat er een mogelijkheid bestond voor René, Ingrid en Paul, maar voor mij was het heel anders. De belangrijkste reden was dat de opleiding in Nederland tegenover waar ik aan gewend was in Nieuw Zeeland me een nadeel zou bezorgen in vergelijking met Nederlandse studenten van dezelfde leeftijd, in aanmerking nemend dat ik in 1967 de eerste belangrijke schoolexamens moest doen.

Wij groeiden op in Palmerston North. Palmerston North is een universiteitsstad - Massey Universiteit. Daar heb ik mijn kandidaats- en doctoraalgraden behaald, vakken hoofdzakelijk aardrijkskunde, stedenbouw, Engels en economie, maar ik heb ook 'education' (misschien wordt dat als ‘opleiding’ (of “onderwijskunde” aangeduid) en geschiedenis gestudeerd.

Toen ik student was, was het een gewoonte om te werken gedurende de zomervakantie. Ik heb gedurende 3 jaren bij de spoorwegen gewerkt. Het vierde jaar heb ik in een staal fabriek gewerkt, om steel reinforcements te maken voor gebouwen (bouwvak). Toen ik terug kwam uit Nederland (daar was ik ook goedgekeurd voor dienst) ben ik bij het Department of Statistics gaan werken. Binnen een jaar was ik in Rotorua bij het Town Planning Department van de gemeente Rotorua aan het werk. Ik heb mijn eerste huis gekocht in 1981. Daar heb ik ongeveer 9 jaren gewoond. Daar hebben wij onze eerste twee jaren van onze huwelijk doorgebracht. Anna was 10 maanden oud toen wij verhuisden naar Blackmore Drive. Anna is nu bijna 16 jaar oud.

Toen ik in Nederland was in 1975 heb ik in een wasserij gewerkt. Daar werkten veel Turken. Ik heb ook bij Flora Print (bestaat het nog?) in Haarlem gewerkt. Ik heb gedurende 3 of 4 maanden een avondcursus Nederlands gevolgd bij Jong Haarlem Vooruit (nu Volksuni-versiteit Haarlem). Ik heb wel veel van Nederland gezien. Met Oom Thon en Tante Nel ben ik naar Keukenhof gegaan in mei toen de tulpen vol in bloei waren, heb verschillenden dingen in de buurt van Haarlem gezien, Avifauna, en ben op de Euromast in Rotter-dam geweest, en naar Amsterdam. Met Rietje ben ik naar Giethoorn, de Noordoost Pol-der/Urk en Lelystad geweest. Ik ben ook naar verschillende plaatsen zonder familie ge-gaan in Noord Holland. Ik had een vriend die ik op de boot ontmoet had en die in Purme-rend woonde en ik ging daar soms naar toe. The rest of the time was spent travelling around Denemark, Noorwegen, Sweden, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk Zwitserland, UK en Ireland, doing what here is called the OE – Overseas Experience. Ik ben door Europa gelift en dat lukte meestal heel goed maar soms moest ik toch de trein of bus nemen om van een plaats te vertrekken. Ik heb een keer samen met Pauline gelift maar ik weet niet meer waar wij naar toe gingen. Ik ben met de boot naar Nederland gevaren. Ik ben ook op Curaçao geweest - Leuk. Ik ben terug naar Nieuw Zeeland gegaan met het vliegtuig en toen een paar dagen in Singapore geweest.

Ik heb Kathryn leren kennen ongeveer 20 jaar geleden. Wij hebben elkaar in the Rotorua Baptist Church ontmoet. Daar zijn we ook getrouwd. Wij gaan nu naar de Rotorua Pre-sybterian Church. (St Johns).

René en Esmé zijn ook in Holland geweest. Ze bezochten de familie, inclusief oma Van Ghent in Oosterbeek. Ze bezochten Nederland in 1986 vóór de geboorte van Gabriel. Ze verbleven ook in Heemstede, Meerweg 16, bij Nel en Thon.


 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Start Omhoog Rietje Schlötjes Jaap Schlötjes Robert Schlötjes Familieberichten

U kunt een e-mailbericht met vragen of opmerkingen over deze website verzenden aan jaap@schlotjes.nl